Omdat wij al maanden aan het wachten waren op een behandelingsdatum of een uitspraak, hebben we zelf contact opgenomen met de Belgische MededingingsAutoriteit. De dossierbeheerder bleek niet op de hoogte van ons dossier, meer nog, hij beweerde dat er geen dossier was. Na enige correspondentie zijn we in telefonisch gesprek geraakt met mevrouw Véronique Thirion, de auditeur-generaal zelf. Uiteindelijk werd het dossier van onder het stof gehaald en beloofde zij het vlugger dan normaal te behandelen, omdat wij haar van de hoogdringendheid (de competitiestart is aanstaande) konden overtuigen. Na enkele uren (zo snel hadden wij het ook niet verwacht!) werden onze raadslieden op de hoogte gebracht van een uitspraak(?).
Meester Maeschalck:
"Van het Auditoraat bij de BMA kreeg ik de melding dat de Auditeur generaal beslist heeft deze zaak niet verder in behandeling te nemen.
Deze beslissing is ingegeven door het feit dat niet is aangetoond dat de kwestieuze beslissing van de federaties om de competitie stil te leggen
en de bestaande rangschikking als de eindrangschikking te beschouwen, als een inbreuk op het mededingingsrecht moet worden beschouwd.
De Auditeur generaal acht het weinig waarschijnlijk dat een diepgaand onderzoek tot een andere conclusie zou leiden en heeft in het kader van
haar prioriteitenbeleid beslist deze zaak niet verder op te nemen…"
Dus..., een dossier dat werd ingediend op 1 juni 2020, dat blijkbaar niet belangrijk genoeg was om er werk van te maken, niettegenstaande het tientallen clubs aanbelangt, wordt dan vlug even gelezen, met bovenstaand oordeel als gevolg.
Als men dan ziet welke de gevolgen zijn van de beslissing van de federaties, welke ploegen promoveren, welke ploegen degraderen en vooral welke ploegen de kans op degradatie hebben ontlopen, dan kan ieder zijn conclusies trekken.
Eens te meer degradeert K. Brecht SK wegens feiten die niets met het voetbalspel hebben te maken.